Wandeling naar de bron van de Rijn: Oberalppass-Tomasee

Het Tomameer, de bron van de Rijn is een bijzondere plek. De wandelende pater Placidus Spescha (1752-1833) vermeldde destijds  al in zijn beschrijving van het Tavetscherdal de plek als volgt: „ Dit meer wat 200 looppassen breed en 400 looppassen lang is, is het bassin van waaruit de voorste Rijn zijn oorsprong vindt. Het is een prachtig gebied en daarom waardig om de oerbron van een dergelijke rivier te zijn“.

Vuurtoren: Het voormalige vuur van de Hoek van Holland, de 14 meter hoge vuurtoren, die bij de Rijn mond, aan het uiteinde van de Rijn, 70 jaar lang dienst verricht heeft, staat nu als voorbode van de Rijn bron op de Oberalppass. De replica creert de eerste verbinding naar het andere uiteinde van de Rijn, naar Rotterdam.  De vuurtoren bereidt in de zomer de talrijke automobilisten en wandelaars een vreugde en in de winter de skiers.

Lai da Tuma/ Tomameer: Bij de Rijn bron begint de 1230 kilometerlange reis van de Rijn. Veel van wat hier gebeurt heeft invloed op het verloop ervan. Doordat de Rijn bron op gemeentegebied van de gemeente Tujetsch ligt, gaan de lokale bewoners heel zorgvuldig met hun natuurwonder om. De krachtige Rijngletsjer bedekte tijdens de laatste ijstijd de hele Surselva. Het gebergtelandschap van de Oberalppas dat door de gletsjers gevormd is, is het brongebied van de voorste Rijn. Terwijl de ijsstroom allang gesmolten is, is een ……trog overgebleven, waarin het Lai de Tuma, genesteld in de bergtrog van de Six Madun,  aan de voet van de Piz Badus ligt. Een juweel onder de zwitserse bergmeren, op een hoogte van 2 345 m boven de zeespiegel, uniek in zijn schoonheid, magie en betekenis.

Oberalppass: De Oberalppass - in de romaanse taal „Alpsu“ genoemd - is de verbinding tussen Disentis, gelegen in Kanton Graubünden, en Andermatt, gelegen in Kanton Uri. Het hoogste punt van de passweg bevindt zich op 2 044 m boven de zeespiegel. De weg over de pass vanaf Disentis tot Andermatt is 32 km lang. In de middeleeuwen maakte de bergpass de toegang voor de Bündner naar de varkens-en geitenmarkt in de kantonen Uri en Tessin mogelijk. Door de bouw in 1862/63 van de huidige weg maakte het verkeer over de Oberalppass een enorme herleving door. Het was het begin van de postkoetsenromantiek. De koetsen verdwenen pas in 1925 toen de auto in Graubünden ingevoerd werd. De weg is alleen tijdens de zomer begaanbaar. In de winter kan men de auto met de Matterhorn Gotthard Bahn vervoeren. De top van de pass is een beliefd startpunt om te gaan skien, skitouren maken en voor wandelingen met sneeuwschoenen. De spoorlijn werd in 1926 in gebruik genomen. Tijdens de eerste 16 jaar voor de electrificatie,  reden de treinen op stoom en alleen in de zomer. Over de Oberalppass rijdt nu ook de langzaamste sneltrein van de wereld, namelijk de Glacier Express. Deze trein verbindt het Matterhorndorp Zermatt met St. Moritz en Davos.